direct naar inhoud van Artikel 16 Sport- Zwembad
Plan: Ruurlo, Woongebieden 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1859.BPRLO20090020-1000

Artikel 16 Sport- Zwembad

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Sport- Zwembad ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sportieve recreatie in een zwembad;

met daarbij behorende:

  • b. gebouwen, een bedrijfswoning daaronder niet begrepen;
  • c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • d. werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden;
  • e. wegen;
  • f. paden;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. groenvoorzieningen;
  • i. speelvoorzieningen;
  • j. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • k. doeleinden van openbaar nut.

en met dien verstande dat ondergeschikte detailhandel en ondergeschikte horeca is toegestaan.

16.2 Bouwregels

Op de voor ' Sport- Zwembad' aangewezen gronden mogen alleen bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

16.2.1 Gebouwen

Voor een gebouw gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw moet binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan de aangegeven hoogte;
  • c. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan mogen gehandhaafd blijven.
16.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 3 meter bedragen;
  • b. de bouwhoogte van een glijbaan mag maximaal 11 meter bedragen;
  • c. in overige gevallen mag de bouwhoogte maximaal 5 meter bedragen.
16.3 Nadere eisen
16.3.1 Nadere eis

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing voor:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de woonsituatie (in de omgeving);
  • c. de parkeersituatie;
  • d. de milieusituatie;
  • e. de verkeersveiligheid;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • g. de sociale veiligheid;
  • h. de externe veiligheid.
16.3.2 Procedure

Voor het stellen van een nadere eis geldt de in 34.1 genoemde voorbereidingsprocedure.