direct naar inhoud van 4.2 Geluid
Plan: Buitengebied, zonering De Laarberg 2010
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1859.BPBGB20100004-1000

4.2 Geluid

Geluidzonering bedrijventerrein Laarberg en industrieterrein Den Sliem

Rond het industrieterrein Den Sliem en het bedrijvenpark Laarberg te Groenlo is ingevolge artikel 41 van de Wet geluidhinder (oud) op 17 februari 2004 een geluidzone vastgesteld. Dit betekent dat op het bedrijventerrein inrichtingen zijn toegestaan die vallen onder artikel 2.4 van het Inrichtingen- en Vergunningbesluit milieubeheer. Dit betreft relatief grote lawaaimakers, welke voorheen werden aangeduid als A-inrichtingen.

De geluidzone is feitelijk een bufferzone tussen de bedrijven op het bedrijventerrein en de geluidgevoelige bestemmingen in de omgeving. Buiten de zone mag de geluidsbelasting vanwege alle bedrijven op het bedrijventerrein tezamen niet hoger zijn dan 50 dB(A). Voor de bestaande woningen in de zone zijn hogere grenswaarden vastgesteld. In de zone kunnen alleen nieuwe woningen worden gerealiseerd indien hiervoor hogere grenswaarden worden vastgesteld. Dit is alleen onder bepaalde voorwaarden mogelijk.

De gemeente Oost Gelre is voornemens om het bedrijventerrein Laarberg aan de noordwestzijde met circa 3,5 hectare uit te breiden. Deze uitbreiding wordt aangeduid met Laarberg Fase 1A. Op het nieuwe terrein worden inrichtingen uit de milieucategorie 4 toegestaan. Daarnaast wordt voor het aangrenzende deel van het bestaande bedrijventerrein de bestemming "Bedrijventerrein" langs de Noordgang met 10 meter uitgebreid ten koste van de bestemming "Verkeer". Voor de realisatie van deze uitbreiding is noodzakelijk om de geluidzone van het bedrijventerrein Den Sliem/Laarberg aan de noordwestzijde aan te passen. De rapportage "Aanpassing geluidzone bedrijventerrein Den Sliem/Laarberg Bestemmingsplan Laarberg Fase 1a" van 26 augustus 2010, opgesteld door ARCADIS, laat dit zien. De gehele rapportage is te vinden in bijlage 2 behorende bij deze toelichting. Hieronder volgt een samenvatting.

In afbeelding 1 is het huidige bedrijventerrein met een grijze kleur aangegeven. Dit terrein wordt gezien als een industrieterrein in het kader van de Wet geluidhinder.

afbeelding "i_NL.IMRO.1859.BPBGB20100004-1000_0001.jpg"

Afbeelding 1 Bedrijventerrein exclusief beoogde uitbreiding, met daarbij de ligging van de vigerende zonegrens (de 50 dB(A)-contour)

Zonebeheermodel en zonebeheerplan

In 2006 is het zonebeheermodel van het bedrijventerrein Den Sliem/Laarberg volledig geactualiseerd. Dit is vastgelegd in het ARCADIS-rapport met kenmerk 110623/CE7/025/000071 d.d. 16 januari 2007. Vervolgens is in 2007 is een zonebeheerplan voor het bedrijventerrein opgesteld. Dit zonebeheerplan is vastgelegd in het ARCADIS-rapport met kenmerk 110623/CE7/1H7/000071 d.d. 11 juli 2007.

In het zonebeheerplan zijn de volgende aspecten beschreven:

  • De actuele situatie en de toekomstige ontwikkelingen.
  • De wijze van zonebeheer.
  • De organisatie van het zonebeheer.
  • Het beleid ten aanzien van de verdeling, reservering en eventuele handel in geluidsruimte.
  • Het beleid ten aanzien van maatwerkvoorschriften (voorheen nadere eisen) voor AMvB-bedrijven.

Wijzigingen

Sinds het onderzoek in 2007 hebben op het bedrijventerrein een aantal wijzigingen plaatsgevonden:

  • Vestiging van V&F Metaalbewerking aan Den Sliem 37a. Voor deze inrichting is op 27 september 2007 een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer verleend. Hierin is de geluidseis opgenomen dat op 50 meter van de inrichting, afhankelijk van de richting, het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau niet meer mag bedragen dan 39 tot 42 dB(A) in de dagperiode en 37 tot 41 dB(A) in de avondperiode. Deze inrichting valt sinds 1 januari 2008 van rechtswege onder het "Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer". Op dit moment zijn de geluidsvoorschriften in de milieuvergunning nog van kracht. De geluidseisen worden nog in een maatwerkvoorschrift vastgelegd.
  • Vestiging van Eijsink Car Care aan Batterij 4d. Deze inrichting valt onder het "Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer". Aan de inrichting is op 9 mei 2008 een maatwerkvoorschrift opgelegd voor het aspect geluid. Op 30 meter van de inrichting mag het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau niet meer bedragen dan 44 dB(A) in de dagperiode.

In 2009 is de geluidzone van het bedrijventerrein ten zuiden van De Slinge aangepast in verband met de verplaatsing van de puinbreker van Rouwmaat Recycling van het terrein aan Den Sliem naar het terrein aan de Zuidgang, de ontwikkeling van het plan Noordrand voor nieuwbouw van woningen op het voormalige Grolsch-terrein en de vaststelling van een aftrek van 1 dB voor het redelijke sommatie-effect. Dit is beschreven in het rapport met kenmerk B02013/CE9/049/000008 d.d. 6 april 2009.

In 2009 is door Rouwmaat Groenlo een aanvraag voor een revisievergunning Wet milieubeheer ingediend.

Deze vergunningaanvraag omvat de volgende Rouwmaat vestigingen:

  • Albra Groenlo BV, Zuidgang.
  • Rouwmaat Recycling, Den Sliem 78.
  • Recycling Rouwmaat, Zuidgang 3.
  • Op- en overslagloods (hal 3), Den Sliem 93.

Als onderdeel van de aanvraag is het volgende akoestisch rapport ingediend: "Geluid in de omgeving ten gevolge van Rouwmaat Groenlo b.v.", nummer FN 3349-3 d.d. 29 juli 2009 van bureau Peutz. Dit rapport beschrijft twee representatieve bedrijfssituaties. Deze situaties zijn vertaald in het budgetmodel door zodanige aanpassingen aan te brengen dat de geluidsbelasting van het model overeenkomt met de hoogste waarde van de geluidsbelasting voor de twee beschreven situaties.

Tot slot is eind 2009 door vier bedrijven een melding in het kader van het "Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer" ingediend.

Dit betreft de volgende bedrijven:

  • Bert Bonhof Groep BV, Batterij 14.
  • Te Vogt Riooltechniek, Zuidgang 1.
  • Bouwbedrijf Gubouw BV, Den Sliem 35.
  • Folietech BV, Redoute 1.

Aan deze inrichtingen worden nog maatwerkvoorschriften opgelegd voor het aspect geluid. Het geluid van deze vier inrichtingen voldoet (ruimschoots) aan de gebudgetteerde geluidsruimte.

Uitgangspunt nieuwe berekeningen
Het budgetmodel zoals vastgelegd in het zonebeheerplan, aangepast aan voornoemde nieuwe situatie voor Rouwmaat Groenlo, vormt het uitgangspunt voor de huidige berekeningen. In het budgetmodel wordt rekening gehouden met de reservering van geluidsruimte voor bestaande bedrijven en nog in te vullen kavels. Hierdoor is de geluidsbelasting vanwege het budgetmodel hoger dan de geluidsbelasting in de actuele situatie. Bij de bepaling van de geluidsbelasting vanwege het bedrijventerrein wordt een aftrek van 1 dB voor het redelijke sommatie-effect toegepast.

Het bedrijventerrein wordt aan de noordwestzijde uitgebreid met een terrein van circa 3,5 hectare. Op dit terrein worden inrichtingen uit milieucategorie 4 toegestaan conform de definitie van de publicatie "Bedrijven en milieuzonering" van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Milieucategorie 4 bedrijven hebben een maximale hinderafstand van 300 m. Deze afstand komt overeen met de afstand tot de 45 dB(A) etmaalwaardecontour. Conform het oorspronkelijke zoneringsonderzoek met kenmerk 110623/CE1/081/000071 d.d. 8 maart 2001 wordt voor deze milieucategorie uitgegaan van een gemiddelde bronsterkte van 69 dB(A) etmaalwaarde per vierkante meter terreinoppervlakte. Het nieuwe terrein is gemodelleerd door middel van 18 fictieve bronnen. Iedere bron representeert een terreindeel met een oppervlakte van 1.890 tot 2.010 m2. Bij het modelleren van de fictieve geluidbronnen is uitgegaan van een gemiddeld industrielawaaispectrum en een gemiddelde bronhoogte van 5 meter ten opzichte van het maaiveld.

Voor het aangrenzende bestaande bedrijventerrein wordt de bedrijvenbestemming langs de Noordgang over een lengte van circa 220 meter met 10 meter uitgebreid. Dit deel is gemodelleerd door middel van vier fictieve bronnen.

Berekeningsmethode

De overdrachtsberekeningen zijn verricht conform de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai van 1999 met het programma Geonoise versie V5.43, module Industrielawaai methode II.8. In de berekeningen is met alle van belang zijnde factoren rekening gehouden, zoals afstandsreductie, reflecties, afscherming, bodem- en luchtdemping en bedrijfsduurcorrecties. De gebouwen op het bedrijventerrein en de dichtstbijgelegen gebouwen buiten het bedrijventerrein zijn in het rekenmodel ingevoerd in de vorm van geluidsafschermende en -reflecterende objecten. Het bedrijventerrein, de wegen en De Slinge zijn in het rekenmodel ingevoerd als bodemvlakken met een geluidsreflecterend karakter. Het omliggende bodemgebied heeft een geluidsabsorberend karakter. Voor specifieke bedrijfsterreinen met opslag van grond of afval is uitgegaan van een bodemgebied met een gedeeltelijk geluidsreflecterend karakter.

Het blijkt dat ten noordwesten van het bedrijventerrein, op en in de nabijheid van de punten ZB15 en ZB16, de berekende 50 dB(A) geluidscontour de huidige zonegrens overschrijdt (zie afbeelding 2) . De geluidsbelasting neemt hier door de uitbreiding met maximaal 2 dB(A) toe. Dit betekent dat in dit gebied een verruiming van de zonegrens noodzakelijk is om de beoogde uitbreiding mogelijk te maken. Op de overige punten op de zonegrens en op de punten bij de woningen in de zone wordt aan de geldende grenswaarden voldaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.1859.BPBGB20100004-1000_0002.png"

Afbeelding 2 Geluidscontouren budgetmodel, aangepast aan de nieuwe situatie van Rouwmaat Groenlo en de beoogde uitbreiding van het bedrijventerrein, inclusief 1 dB aftrek voor het redelijke sommatie effect [etmaalwaarde in dB(A)]

Voorstel aanpassing geluidzone

Uit de berekeningen blijkt dat uitgaande van het vastgestelde budgetmodel met de reserveringen voor bestaande bedrijven en nog lege kavels, de beoogde uitbreiding van het bedrijventerrein niet in de bestaande geluidzone past. Aan de noordwestzijde wordt door de uitbreiding de bestaande zonegrens overschreden. De geluidsbelasting neemt hier op de zonegrens met maximaal 2 dB(A) toe. Op het overige deel van de zonegrens en ter plaatse van de woningen in de zone wordt na uitbreiding voldaan aan de geldende grenswaarden. Er vallen geen extra woningen in de nieuwe 50 dB(A) etmaalwaardecontour en er zijn geen woningen waar de geluidsbelasting tot boven de vastgestelde grenswaarde toeneemt.

Voor de realisatie van de beoogde uitbreiding wordt voorgesteld om de zonegrens te verruimen en deze aanpassing van de zonegrens te baseren op de nieuwe 50 dB(A) etmaalwaarde contour en vloeiend te laten aansluiten op de bestaande zonegrens. De nieuwe zonegrens zou dan kunnen worden vastgesteld zoals weergegeven in afbeelding 3. Voor de vaststelling van deze nieuwe zonegrens is het niet nodig om hogere waarden bij woningen vast te stellen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1859.BPBGB20100004-1000_0003.png"

Afbeelding 3 Voorstel nieuwe ligging van de zonegrens ten noordwesten van het bedrijventerrein (blauwe lijn)

Conclusie

De gemeente Oost Gelre is voornemens om het bedrijventerrein Laarberg aan de noordwestzijde met circa 3,5 hectare uit te breiden. Deze uitbreiding wordt aangeduid met Laarberg Fase 1A. Op het nieuwe terrein worden inrichtingen uit de milieucategorie 4 toegestaan. Daarnaast wordt voor het aangrenzende deel van het bestaande bedrijventerrein de bestemming "Bedrijventerrein" langs de Noordgang met 10 meter uitgebreid ten koste van de bestemming "Verkeer".

Voor de realisatie van deze uitbreiding is het noodzakelijk om de geluidzone van het bedrijventerrein Den Sliem/Laarberg aan de noordwestzijde aan te passen. De geluidscontour voor de nieuwe toekomstige situatie is berekend met het in 2007 vastgestelde budgetmodel aangepast aan de nieuwe situatie voor Rouwmaat Groenlo en de beoogde uitbreiding van het bedrijventerrein en inclusief de aftrek van 1 dB voor het redelijke sommatie-effect. Het wordt voorgesteld om de zonegrens ten noordwesten van het bedrijventerrein te baseren op de berekende 50 dB(A)-contour voor de nieuwe toekomstige situatie en deze vloeiend te laten aansluiten op de bestaande zonegrens. Er vallen geen extra woningen in de nieuwe 50 dB(A)-etmaalwaardecontour en er zijn geen woningen waar de geluidsbelasting tot boven de vastgestelde grenswaarde toeneemt. Dit betekent dat het voor de vaststelling van deze nieuwe zonegrens het niet nodig is om hogere waarden bij woningen vast te stellen.

Gevolgen van de wijziging van de geluidzone voor het bestemmingsplan

Geconcludeerd is dat de geluidzone ten noordwesten van de beoogde uitbreiding van het bedrijventerrein uitgebreid dient te worden om binnen de uitbreiding van het bedrijventerrein categorie 4-bedrijven toe te kunnen staan.

Omdat de geluidzone ten noordwesten van het bedrijventerrein wordt uitgebreid, dient de nieuwe geluidzone - voor zover deze als gevolg van de beoogde uitbreiding van het bedrijventerrein wijzigt - opnieuw in een bestemmingsplan te worden vastgelegd.

Dit tweede plangebied dient meegenomen te worden omdat een aanpassing van de geluidzone niet - zoals voorheen wél het geval was - voor de omliggende bestemmingsplannen via een zogenaamde parapluregeling geregeld kan worden. In het kader van de digitalisering van bestemmingsplannen is het sinds 1 januari 2010 nodig dat voor het gebied waar de geluidscontour wijzigt ook de onderliggende bestemmingen meegenomen (opnieuw bestemd) worden.

Daarom maakt de uitbreiding van de geluidscontour ook deel uit van onderhavig bestemmingsplan.

Een klein deel van deze uitbreiding bevindt zich binnen het grondgebied van de gemeente Berkelland. De gemeente Berkelland zal voor dit deel een bestemmingsplan vaststellen, zodat de gewijzigde geluidscontour op een juiste wijze wordt vastgelegd.

Voorliggend bestemmingsplan voorziet hierin.