Plan: | Neede, Bedrijventerreinen 2011 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1859.BPNDE20110005-0100 |
Er zijn vier schriftelijke inspraakreacties ingekomen. De ontvangen inspraakreacties zijn hieronder samengevat en van antwoord voorzien.
Samenvatting:
Indieners bewonen een deel van De Velver 2 t/m 8. De percelen De Velver 2 t/m 8 zijn gesplitst in een woongedeelte en een tuingedeelte. De splitsing loopt noord-zuid door het terrein bij de achtergevels van de woningen. Rondom de woningen is een bouwvlak getekend.
Reactie gemeente:
Ad a.
Primaire ruimten zoals hiervoor genoemd behoren in de bouwvlakken. De bouwvlakken moeten worden aangepast. Ad b. De foutieve splitsing wordt aangepast. Het woongedeelte komt aan de oostzijde en het tuingedeelte aan de westzijde. Dit levert geen milieubelemmeringen op. Ad c. perceel 9369 is eigendom van de familie Groot Bramel, De Velver 2. Het perceel maakt als zodanig geen deel uit van het feitelijke bedrijventerrein. De ligging van het perceel ten opzichte van de woningen en de Parallelweg is zodanig, dat een bestemming “bedrijventerrein” niet zinvol is. De bestemming wordt gewijzigd in Tuin. Het vergroten van de bestemming Wonen is ongewenst”. Op een bestemmingsplan “bedrijventerrein hoort immers geen bestemming “Wonen”, tenzij sprake is van het respecteren van een bestaande situatie. Voor dit perceel geldt geen bestaande woonfunctie. Er is dus geen reden de bestemming Wonen uit te breiden. Het bestaande gebruik kan op grond van de Regels van het bestemmingsplan worden voortgezet. Gevolgen voor het bestemmingsplan: ja voor wat betreft het aanpassen van het bouwvlak voor Wonen, het aanpassen van de bestemmingen Wonen en Tuin en het wijzigen van de bestemming voor perceel 9369 in Tuin. |
Samenvatting:
Indiener is het niet eens met de manier waarop zijn perceel op de bestemmingsplankaart in verschillende bestemmingen is ingedeeld.
Reactie gemeente:
Ad a. genoemde aanvraag om een omgevingsvergunning is ingetrokken omdat het bouwplan niet binnen het bestaande bestemmingsplan en niet binnen het voorontwerpbestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” past. Het voorontwerp heeft geen juridische status en geldt niet als toetsingskader. Realisering van het bouwplan is wel mogelijk op basis van een buitenplanse afwijkingsprocedure. Die vrij zware procedure is in dit geval als onredelijk beschouwd, omdat op grond van een zienswijze nog de mogelijkheid bestaat het bestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” aan te passen, zodat geen afwijkingsprocedure nodig is. Gelet daarop is het bouwplan ingetrokken en is een zienswijze ingediend. De aanvraag is nog steeds actueel. Als het ontwerpbestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” wordt aangepast, wordt de aanvraag om omgevingsvergunning alsnog ingediend. Normaliter wordt niet ingegaan op zienswijzen als een concreet bouwplan ontbreekt. In dit geval zijn in het kader van de intrekking van de omgevingsvergunning echter verwachtingen gewekt. Het bouwplan is rechtstreeks mogelijk op grond van het bestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” als het bestemmings-/bouwvlak “Wonen” iets in westelijke richting wordt vergroot. Die uitbreiding betekent een geringe verkleining van de afstand tot de naastgelegen bedrijven. Die bedrijven vallen in milieucategorie 2, waar volgens het bestemmingsplan categorie 3.1 is toegestaan. Het gaat om een afstandsverkleining van slechts enkele meters. Dit stuit milieutechnisch niet direct op problemen, al is het in theorie niet uitgesloten, dat die bedrijven voor wat betreft hun bestaande rechten iets kunnen worden beperkt. Er zijn verder geen ruimtelijke bezwaren om aanpassing van het bestemmingsplan ten behoeve van het bouwplan te weigeren. Bouwvlak en bestemmingsvlak van de bestemming “Wonen” worden aangepast. Ad b. het perceel gemeente Neede, sectie, nr. 1588 is in 2011 eigendom geworden van de familie Ter Hogt. In het huidige bestemmingsplan geldt voor dit perceel de bestemming “Industriële bebouwing”. De gevraagde bestemming “Wonen” past niet op een bedrijventerrein tenzij sprake is van een reeds bestaande situatie. Voor dit perceel geldt geen bestaande woonfunctie. Er is dus geen reden de bestemming Wonen uit te breiden. De bestemming “Bedrijventerrein” wordt niet aangepast. Het bestaande gebruik kan op grond van de Regels van het bestemmingsplan worden voortgezet. Gevolgen voor het bestemmingsplan: ja voor wat betreft de aanpassing van het bestemmings- en bouwvlak van de bestaande bestemming Wonen. |
Samenvatting:
Reactie Gemeente:
Ad a.
De opmerking is terecht. Voor het gebied ten oosten van de Oude Eibergseweg (gebied Russchemors) gelden de archeologische categorieën AWV 7 en AWV 8. Die twee corresponderen met de code Archeologische Verwachting 2 (WR-AV 2). Op het terrein Russchemors is geen sprake van categorie AWV6, waaraan de codering WR-AV1 is gekoppeld. De codering WR-AV 1 op de plankaart wordt vervangen door WR-AV2. Ad b. Het geldende bestemmingsplan Russchemors bepaalt in artikel 3, dat op de bestemming “Bedrijfsdoeleinden B1” perifere detailhandelsbedrijven zijn toegestaan op de daartoe aangegeven percelen. Het begrip 'perifere detailhandel' is omschreven als: “detailhandel in auto's, boten, caravans, tuincentra, bouwmarkten, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair alsmede woninginrichting w.o. meubels, die vanwege de omvang en aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling (en uit dien hoofde niet binnen de aangewezen winkelconcentratiegebieden gevestigd kunnen worden). In het voorontwerpbestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” geldt voor deze percelen de bestemming “Bedrijventerreinen”, waarop volgens artikel 4.1 “volumineuze (grootschalige) detailhandel” is toegestaan. Onder dit begrip wordt verstaan: “detailhandel, die vanwege de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, in de vorm van de verkoop van auto's, boten, caravans, landbouwwerktuigen, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair en naar de aard daarmee gelijk te stellen artikelen”. Aanvullend biedt artikel 4.5.3 de mogelijkheid om door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van artikel 4.1 door toe te staan, dat volumineuze detailhandel zoals bouwmarkten, wooninrichtingen en tuininrichtingsartikelen plaatsvindt met inachtneming van de volgende voorwaarden: a. Als blijkt, dat deze door hinder en/of gevaar redelijkerwijs niet gevestigd kunnen worden in het winkelconcentratiegebied dan wel door de afmetingen of branche inbreuk maken op de ter plaatse van dit winkelconcentratiegebied gebruikelijke bebouwingsstructuur (korrelgrootte) en b. Aangetoond moet zijn, dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de verzorgings- dan wel detailhandelstructuur in het winkelconcentratiegebied. Het begrip ”volumineuze (grootschalige) detailhandel” in het nieuwe bestemmingsplan is beperkter dan het begrip 'perifere detailhandel' in het geldende bestemmingsplan Russchemors. Dat heeft te maken met opmerkingen van de Kamer van Koophandel die bij alle bestemmingsplannen Bedrijventerreinen zijn gemaakt. Wij hebben ingestemd met die opmerkingen van de Kamer van Koophandel en op grond daarvan het begrip “volumineuze (grootschalige) detailhandel” beperkt. Wij verwijzen naar de hierboven gemaakte reacties van de Kamer van Koophandel. Dit is nieuw beleid in alle bestemmingsplannen Bedrijventerreinen. In dat nieuwe beleid blijft ook volumineuze detailhandel als bouwmarkten, wooninrichtingen en tuininrichtingsartikelen tot de mogelijkheden behoren. Er is geen reden hierop voor Neede een uitzondering te maken. Hier staat tegenover, dat volumineuze (grootschalige) detailhandel nu in het hele plangebied Neede, Bedrijventerreinen 2011 is toegestaan. In het geldende plan Russchemors was dit beperkt tot twee daartoe aangewezen lokaties. Daarnaast willen wij meewerken aan het vestigen van een tankstation zonder lpg op de noordelijke kavel langs de gebiedsontsluitingsweg (zie onder ad h). Dit is een van de twee locaties waarop in het geldende plan Russchemors perifere detailhandel is toegestaan. Ad c. Omvang en vorm van de insteek van de gebiedsontsluiting zijn in het voorontwerpbestemmingsplan vergroot ten opzichte van het geldende plan Russchemors. Daardoor is inderdaad minder terrein uitgeefbaar. Omvang en vorm worden in overeenstemming gebracht met het geldende bestemmingsplan. Ad d. Er is sprake van een conserverend bestemmingsplan. Dat betekent, dat waar mogelijk de geldende bestemming wordt overgenomen. Als de geldende bestemming niet meer overeenkomt met het geldende plan wordt dat bestaande gebruik in het nieuwe bestemmingsplan in principe overgenomen. Waar mogelijk worden bestaande verschillen tussen diverse plannen weggenomen. Gelet daarop zijn de in het geldende bestemmingsplan Russchemors opgenomen bebouwingspercentages overgenomen in “Neede, Bedrijventerreinen 2011”. Het plan Russchemors kent aanvullend in artikel 3, lid 12 een streng geclausuleerde vrijstellingsmogelijkheid tot verhoging van bebouwingspercentages. Voorwaarden zijn onder meer, dat de functionele en ruimtelijke structuur niet onevenredig mogen worden aangetast. Voorts is een verklaring van geen bezwaar nodig van gededuteerde staten. Deze vrijstellingsmogelijkheid is niet overgenomen in “Neede, Bedrijventerreinen 2011”, hoewel dat uit oogpunt van duurzaam ruimtegebruik aanbeveling kan verdienen. Overwogen is echter, dat het bestemmingsplan Russchemors is vastgesteld in 2003 en dat het betreffende terrein bijna tien jaar later nog steeds braak ligt. Er is dus op geen enkele wijze aangetoond, dat opschaling van het geldende bebouwingspercentage nodig is. Daarom is volstaan met de basismogelijkheid uit het geldende bestemmingsplan Russchemors. Ook uit stedenbouwkundige redenen is hiervoor gekozen. Als binnen de planperiode alsnog behoefte mocht ontstaan aan een hoger bebouwingspercentage dan moet dat aspect op dat moment beoordeeld worden in het kader van het dan geldende beleid en wetgeving. Ad e. Er is sprake van een conserverend bestemmingsplan (zie ad d). In het geldende plan Russchemors heeft een aantal percelen de bestemming “Agrarische doeleinden”. Deze percelen zijn niet meer als zodanig in gebruik. De bestemming “Agrarische doeleinden” is voor die plandelen aangepast naar “Wonen” conform het feitelijk gebruik. Een woning moet gebouwd worden binnen het aangegeven bouwblok. Ingevolge artikel 11.5.1 van het voorontwerpbestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” valt onder strijdig gebruik in ieder geval het gebruik van gronden en opstallen voor bedrijfsmatige activiteiten aan huis. Artikel 11.6.1 van het voorontwerpbestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” biedt een mogelijkheid om bij een omgevingsvergunning onder voorwaarden hiervan af te wijken. De voor “Wonen” bestemde gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. ter plaatse van de toegevoegde aanduiding “bedrijf” (b) ook voor bedrijven in categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten De onder ad e bedoelde locaties zijn bestemd als “Wonen” zonder aanduiding. Hier zijn alleen bedrijfsmatige activiteiten aan huis toegestaan die voldoen aan de voorwaarden uit artikel 11.6.1. Essentieel daarbij is, dat wonen de hoofdfunctie moet blijven. De bedrijfsmatige activiteiten aan huis moeten zich beperken tot maximaal 30% van de voor de woonfunctie bestemde gebouwen met een maximum van 50m2 per woning. De bestemming “Wonen” met de aanduiding “bedrijf” (b) biedt meer mogelijkheden. {{Het plan Russchemors kent in artikel 4, lid 9 een vrijstellingsmogelijkheid voor de uitoefening van bedrijfsmatige activiteiten in de woning of bijgebouwen. Uit de begripsbepaling blijkt, dat hier inhoudelijk worden bedoeld de bedrijfsmatige activiteiten aan huis zoals bedoeld in het plan “Neede, bedrijventerreinen 2011”. Artikel 4, lid 10 kent een vrijstellingsmogelijkheid voor beroepsmatige activiteiten in de woning of bijgebouwen. Uit de begripsbepaling blijkt, dat hier de vrije beroepen worden bedoeld. In beide gevallen moet de woonfunctie in overwegende mate worden behouden. In beide gevallen mag maximaal 30% van de oppervlakte van het hoofdgebouw met bijbehorende bijgebouwen met een absoluut maximum van 50 m2 in gebruik zijn voor bedrijfsmatige activiteiten. Lid 10 spreekt ook over bedrijfsmatige activiteiten, waar beroepsmatige activiteiten zijn bedoeld. De omschrijving van artikel 4, leden 9 en 10 komen inhoudelijk grotendeels overeen met de omschrijving 'bedrijfsmatige activiteiten aan huis”respectievelijk “vrije beroepen” uit het plan Neede, Bedrijventerreinen 2011”}}. De bestemming “Wonen” in het plan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” wijkt in essentie op dit punt niet af van de bestemming 'Woondoeleinden” uit het plan Russchemors. In het plan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” zijn in tegenstelling tot wat indiener meent beroepsmatige activiteiten niet uitgesloten. Vrije beroepen zijn in rechte toegestaan binnen de in het bestemmingsplan gegeven kaders. Beroepsmatige activiteiten moeten zijn of worden ondergebracht in voor de woonfunctie bedoelde gebouwen. De aanvragers van een omgevingsvergunning op de percelen ten oosten of ten zuiden van deze woonlocaties worden niet beperkt door de uitbreiding van de bestemming Wonen voor wat betreft de Wet geluidhinder of het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen. Momenteel ligt het terrein Russchemors braak en is er geen zicht of en zo ja welke inrichtingen zich hier vestigen. Bovendien zijn inrichtingen, die onder de Wet geluidhinder vallen in het bestemmingsplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” niet toegestaan (artikel 4.1). Dergelijke inrichtingen (artikel 1.146) zijn alleen toegestaan op gezoneerde industrieterreinen. Daarvan is in het plan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” geen sprake. Realisering van dit type inrichtingen hoort thuis op een regionaal bedrijventerrein. Het bestemmingsplan Russchemors sluit in artikel 3, lid 6 geluidszoneringsplichtige bedrijven ook uit. Dit terrein is dus niet gezoneerd volgens de Wet geluidhinder en Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan. Er zijn geen bestaande Wgh-inrichtingen waarvan de rechten moeten worden gerespecteerd. De aangepaste bestemming “Wonen” beperkt geen rechten in het kader van de Wet geluidhinder. Inrichtingen, die onder het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen vallen (bevi-inrichtingen) zijn in het plan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” niet toegestaan. Hiervoor kent het voorontwerpbestemmingsplan wel een wijzigingsbevoegdheid. Eventuele toepassing daarvan wordt afgewogen tegen het dan geldende beleid en wetgeving. Het plan Russchemors bepaalt in artikel 3, lid 6, dat de verkoop van motorbrandstoffen niet is toegestaan. Er zijn geen bestaande bevi-inrichtingen, waarvan de rechten moeten worden gerespecteerd. De aangepaste bestemming “Wonen geeft ook in dit kader geen beperkingen. Beroepsmatige activiteiten oftewel vrije beroepen behoren tot de laagste milieucategorie. Deze horen niet tot de kwetsbare objecten in het kader van de Wet geluidhinder dan wel het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen. Omgevingsvergunningen in het kader van de Wet geluidhinder waren en blijven dus uitgesloten. Omgevingsvergunningen ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen zijn ook uitgesloten, tenzij het bestemmingsplan hiervoor wordt gewijzigd. Terloops zij opgemerkt, dat de bereidheid bestaat om de verkoop van motorbrandstoffen zonder lpg mogelijk te maken op het door indiener aangeduide voorkeursperceel. Punt e vormt dus geen reden om het voorontwerpbestemmingsplan aan te passen. Ad f. en g. Indiener heeft overeenstemming bereikt met de eigenaar over de zogenaamde locatie Smit, Oude Eibergseweg 13. Die aankoop is een privaatrechtelijke aangelegenheid en als zodanig geen directe reden om de bestemming “Bedrijventerrein” toe te passen voor deze locatie. Het plan Russchemors kent in artikel 11, lid 2 een wijzigingsbevoegdheid om de bestemming “Groenvoorziening” en de medebestemming “Waardevolle bomen” te wijzigen in “Bedrijfsdoeleinden”. In het voorontwerpplan “Neede, Bedrijventerreinen 2011” is die wijzigingsbevoegdheid als zodanig overgenomen. De daaraan verbonden voorwaarden zijn aangepast aan de huidige inzichten. Toepassing van de wijzigingsbevoegdheid moet primair worden getoetst aan ruimtelijke en op een bedrijventerrein economische motieven. Het voorontwerpbestemmingsplan verbindt hieraan in artikel 21.3 de volgende voorwaarden: a. de behoefte aan bedrijventerrein is voldoende aangetoond; b. voorrang wordt gegeven aan de direct tot bedrijfsdoeleinden bestemde gronden in het plangebied; c. uit deskundig bodemonderzoek moet blijken dat de gronden geschikt zijn voor het realiseren van de betreffende bestemming; d. op de betreffende gronden, na gebruikmaking van de bevoegdheid, het bepaalde in artikel 4 van toepassing is, met dien verstande dat: 1. ter plaatse uitsluitend kantoorachtige bedrijven zijn toegestaan; 2. het bouwvlak wordt aangegeven op 10 meter van de naar de weg gekeerde perceelsgrens; 3. geen nieuwe bedrijfswoningen mogen worden gebouwd; 4. de maximale bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen niet meer mag bedragen dan 8 m eter; 5. het bebouwingspercentage van het bestemmingsvlak maximaal 20% bedraagt. De behoefte aan bedrijventerrein is nog niet aangetoond. Er is dus nog geen reden om de wijzigingsbevoegdheid naar omzetting in een positieve bestemming “bedrijventerrein” al te effectueren. Dit ook gelet op de voorwaarden in het voorontwerpbestemmingsplan. Bovendien is sprake van een conserverend bestemmingsplan. Het voorontwerpplan wordt op dit punt niet gewijzigd. Ad h Russchemors is een nieuwe ontwikkeling. Met indiener wordt ingestemd, dat de gebruiksmogelijkheden binnen de mogelijkheden van het geldende en nieuwe bestemmingsplan langs de gebiedsontsluitingsweg zo ruim mogelijk moeten zijn. De wens van indiener om langs de ontsluitingsweg een (onbemand) tankstation zonder LPG te plaatsen wordt ingewilligd. Een tankstation zonder LPG valt in milieucategorie 2. Milieutechnisch is de vestiging hiervan geen probleem, omdat de milieucategorie van deze inrichting overeenkomt met het voorontwerpplan. Indiener wil de vestiging van één tankstation bij voorkeur mogelijk te maken op naar keuze de noordelijke of de zuidelijk van de gebiedsontsluitingsweg gelegen kavel. Als dat niet kan gaat de voorkeur uit naar de noordelijke kavel. Het toestaan van maximaal één tankstation op verschillende locaties levert onnodige onduidelijkheid op voor de beoordeling van toekomstige verzoeken. Nu indiener heeft aangegeven voorkeur te hebben voor de noordelijke kavel wordt gekozen voor duidelijkheid, Ingestemd wordt met het vestigen van een tankstation op de noordelijke kavel. Op die kavel wordt de aanduiding vm toegevoegd. Gevolgen voor het bestemmingsplan: ja voor: a. de codering WR-AV1 op het gebied Russchemors wordt geschrapt en vervangen door WR-AV2 op de verbeelding; b. aard en omvang van de insteek van de gebiedsontsluiting wordt aangepast op de verbeelding; c. verbeelding wordt aangepast in verband met toevoeging aanduiding vm. |
Samenvatting:
Indiener maakt bezwaar tegen voorgenomen bestemming 'wonen' voor het perceel Oude Eibergseweg 15 te Neede omdat:
Indiener verzoekt de voorgenomen bestemming "Wonen” te wijzigen in 'woon/werken':
Reactie gemeente:
In het kader van de voorbereiding van de bestemmingsplannen Bedrijventerreinen 2011 zijn deze terreinen geïnventariseerd. Daarbij is gebleken, dat op dit adres een handel in auto-onderdelen met reparatie / revisiewerkplaats is gevestigd. Deze inrichting valt volgens voornoemde inventarisatie in milieucategorie 2. Het is bij nader inzien terecht om aan de wens van indiener tegemoet te komen. Het ontmoet planologisch en milieutechnisch geen bezwaar om de bestemming “Wonen” te wijzigen in “Wonen” met toevoeging van de functieaanduiding “bedrijf” (b). Op grond daarvan zijn bedrijven toegestaan tot en met categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten. Indiener kan zijn bedrijfsactiviteiten blijven beoefenen. Het plan wordt aangepast. Gevolgen voor het bestemmingsplan: ja voor wat betreft het toevoegen van de functieaanduiding “bedrijf” (b) aan de bestemming Wonen. |