direct naar inhoud van Artikel 14 Sport - Sporthal
Plan: Rekken, Dorp 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1859.BPRKN20090018-1000

Artikel 14 Sport - Sporthal

14.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Sport - Sporthal ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het uitoefenen van sportactiviteiten, met uitzondering van gemotoriseerde en gemechaniseerde sporten en sporten met dieren;
  • b. culturele activiteiten;

met daarbijbehorende:

  • c. gebouwen, een bedrijfswoning daaronder niet begrepen;
  • d. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • e. werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden;
  • f. wegen;
  • g. paden;
  • h. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen;
  • j. parkeervoorzieningen;
  • k. doeleinden van openbaar nut;
  • l. speelvoorzieningen.

en met dien verstande dat ondergeschikte detailhandel en ondergeschikte horeca is toegestaan.

14.2 Bouwregels

Op de voor ' Sport - Sporthal' aangewezen gronden mogen alleen bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

14.2.1 Gebouwen

Voor een gebouw gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw moet binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' geldt dat de maximale goothoogte en de maximale bouwhoogte niet meer mag bedragen dan de aangegeven hoogte;
  • c. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan mogen gehandhaafd blijven.
14.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 3 meter bedragen;
  • b. in overige gevallen mag de bouwhoogte maximaal 5 meter bedragen.
14.3 Nadere eisen
14.3.1 Nadere eis

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing voor:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de woonsituatie (in de omgeving);
  • c. de parkeersituatie;
  • d. de milieusituatie;
  • e. de verkeersveiligheid;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • g. de sociale veiligheid;
  • h. de externe veiligheid.
14.3.2 Procedure

Voor het stellen van een nadere eis geldt de in artikel 30.1 genoemde voorbereidingsprocedure.