Buitengebied, Camping 't Hölterveld 2011

4.7.1 Algemeen

De Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) vormt vanaf 1 januari 2007 het toetsingskader bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor inrichtingen, als het gaat om geurhinder vanwege dierenverblijven van veehouderijen. Uitgangspunt van de Wet geurhinder en veehouderij is het garanderen van een goed woon- en verblijfsklimaat en het voorkomen van beperking van bestaande agrarische bedrijven. Van belang is dat door ontwikkelingen in het voorliggende plan geen belemmeringen ontstaan voor de omliggende agrarische bedrijven en de bedrijfsontwikkeling van deze bedrijven.

De gemeente Berkelland is gelegen binnen een concentratiegebied als bedoeld in de Meststoffenwet. Binnen dergelijke gebieden moet de berekende geurbelasting op grond van de Wet geurhinder worden getoetst aan twee standaardnormen:

• 3 odour units per kubieke meter lucht voor geurgevoelige objecten binnen de bebouwde kom;
• 14 odour units per kubieke meter lucht voor geurgevoelige objecten buiten de bebouwde kom.

Voor inrichtingen met vee die onder het Besluit Landbouw vallen gelden vast aan te houden afstanden. Hier wordt niet gerekend met odeurbelastingen. Voor diercategorieën zonder geuremissiefactor gelden de volgende minimaal in acht te nemen afstanden:

• a. ten minste 100 meter indien het geurgevoelige object binnen de bebouwde kom is gelegen, en
• b. ten minste 50 meter indien het geurgevoelige object buiten de bebouwde kom is gelegen (met uitzondering van objecten voor dag- en verblijfsrecreatie waarvoor een afstand van 100 meter geldt).

4.7.2 Overwegingen

Een kampeerterrein wordt niet zonder meer als geurgevoelig object aangemerkt. Alleen de binnen het plangebied te realiseren bouwwerken, die worden gebruikt voor menselijk verblijf gedurende langere, aaneengesloten perioden, zijn aan te merken als geurgevoelige objecten in de zin van de Wgv. In het voorliggende geval komt dit neer op de navolgende functies:

• het groepsverblijf in de schuur;
• de trekkershutten
• de binnenspeelplaats;
• het sanitairgebouw;
• de 2-persoon slaapverblijven in de schuur;
• de kantine; en
• het kantoor.

De kampeerstandplaatsen, de jeu-de-boulesbaan en de visvijver zijn volgens de Wgv niet geurgevoelig. Echter, op grond van het Besluit Landbouw daarentegen geldt ook voor deze functies een minimaal aan te houden afstand. Deze afstand bedraagt 100 meter voor objecten ten behoeve van dag- en verblijfsrecreatie. In het voorliggende geval wordt deze afstand ruimschoots gehaald.

Voor de MER voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied en de landbouwontwikkelingsgebieden is een geurbeoordeling gemaakt voor het gehele buitengebied. Onderstaande afbeelding toont voor de omgeving van het plangebied een uitsnede van de kaart die het resultaat is van deze beoordeling.

Figuur 4.3. Kaart geurbeoordeling MER (Bron: Gemeente Berkelland)

Op de kaart in figuur 4.3 komen de oranje contouren overeen met de norm voor de maximale geurbelasting voor geurgevoelige objecten binnen de bebouwde kom (3 odour units per m³ lucht). De blauwe contouren komen overeen met de norm voor de maximale geurbelasting voor geurgevoelige objecten buiten de bebouwde kom (14 odour units per m³ lucht). In het voorliggende geval geldt de blauwe contour voor de van toepassing zijnde delen van de camping.

4.7.3 Conclusie

Gebleken is dat de voorgenomen ontwikkelingen binnen het plangebied in alle gevallen voldoen aan de vanwege de geurcontouren aan te houden afstanden. Tevens is gebleken dat de voorgenomen ontwikkelingen in het plangebied geen belemmering vormen voor de uitbreidingsmogelijkheden van de in de omgeving gelegen veehouderijen.